Waarom voel me zo raar en is mijn leven zo verstrooid?” roep ik uit als C me belt.
Er is lekkage bij de buren en daarom staan er twee Gronings sprekende loodgieters in een muur in de hal te boren. Het geboor, hun getetter daar bovenuit, vreemde mensen in dit vreemde huis, het is alsof het suist in mijn hoofd, en er komt niks uit mijn handen. Niet alleen vandaag, eigenlijk sinds ik verhuisd ben, ben ik uit mijn doen. En die hele verhuizing is al twee weken geleden, zeg ik dramatisch, ik zou nu toch wel een nieuwe routine moeten hebben gevonden? Ik begin zowat te vermoeden dat het universum samenspant om mij van het werk te houden. Onduidelijke afspraken, werkmannen, opengebroken straten, verloren sleutels en pinpassen, het is allemaal voorbij gekomen de afgelopen twee weken en ik houd daar niet van. Ik wil een monotoon maar artistiek vervullend bestaan, waarin ik mijn eigen plan trek en een keurige kalender bijhoudt die ik weloverwogen vul met belangrijke taken.
Nou, dat gebeurt dus absoluut niet. “Het is veel erger dan anders” ga ik door “Normaal heb ik eens per maand een off-day, maar nu heb ik al 2 weken niks fatsoenlijks gemaakt”. Het is waar. Ik merk dat mijn hoofd niet te complexe dingen kan bedenken. Ik teken alleen de usual suspects; vrouwen in kleren, Vaak mezelf in kleren, De meubels om me heen, het uitzicht door mijn raam. Alsof mijn hoofd alleen maar met letterlijke en daardoor niet erg diepgaande beelden kan komen.
Ik had me verheugd op deze maand omdat er een paar dingen gepland stonden en er ook een paar lege stukken waren. Tijd voor de nieuwe strip, had ik in mijn agenda gezet. En nu lukt het niet. Niks lukt. Want ik voel me verstrooid en er boren twee loodgieters in mijn muur.
“Maar je zit nog steeds een beetje middenin een verhuizing” herinnert C me dan. “Het is normaal dat er gedoe is en dat je je niet kunt focussen”.
Zou dat? is dat normaal?. De verhuisdozen zijn al uitgepakt, maar ik heb nog geen nieuwe routine in dit nieuwe huis. De helft van de meubels mist want die neemt C over een tijdje mee hier naartoe. Het is een ‘overgangsperiode’ zou je kunnen zeggen, en deze overgangsperiode haalt niet het meest productieve wezen in mij boven.
En misschien is dat gewoon hoe het gaat (en niet zo erg)